Voor wat hoort wat

 

in de Wieden


 

Toen het laatst zo vroor, zag ik een oud dametje bijna een doodsmak maken. Ik pakte haar bij de arm en hielp haar naar een minder gladde plek. Waarom deed ik al die moeite, ik kende haar niet, dus voor mij had deze actie geen enkel voordeel. Anderen behulpzaam zijn met geen of nauwelijks eigenbelang (altruïsme) zie je bij ons mensen gelukkig regelmatig. We voelen ons prettig als we iemand kunnen helpen, kijk maar naar al die duizenden vrijwilligers die zich belangeloos inzetten voor anderen. Lang heeft men gedacht dat altruïsme iets typisch menselijks was, maar in het dierenrijk is dergelijk gedrag ook te vinden.

 

Grondeekhoorntjes staan om de beurt voor elkaar op de wacht en waarschuwen de anderen wanneer gevaar dreigt. Wel moet ieder eekhoorntje een keer dienst draaien, anders zullen de vaste bewakers snel van honger sterven.

Bij vliegenvangers helpen soortgenoten elkaar wanneer een van hen wordt bedreigd. Met z’n allen zullen ze bijvoorbeeld een uil aanvallen. Wanneer echter een vogel niet meedoet met deze groepsacties dan zullen de anderen, wanneer deze aso zelf wordt aangevallen, niet te hulp schieten.

Bekend zijn natuurlijk de gevallen waarin moederdieren met gevaar voor eigen leven hun jongen verdedigen of zich uit de naad vliegen om hun onechte overmaatse koekoeksjong te voeden. Bij chimpansees worden weesjes vaak door andere moederdieren geadopteerd.

 

Nu roepen mensen natuurlijk meteen dat dit gedrag evolutionair bepaald is en typisch voor dieren. Al deze vormen van altruïsme hebben niets met compassie te maken, maar zijn mechanismen om het voortbestaan van de soort te waarborgen. Maar vergis je niet, ook wij helpen niet louter uit de goedheid van ons hart. We beseffen het wellicht niet, maar ook bij de mens heeft altruïsme een evolutionaire waarde en speelt een zekere verwachting van wederkerigheid. Het spreekwoord: “Wie goed doet goed ontmoet”, geeft aan dat een goede daad wellicht ooit terugbetaald zal worden wanneer ons het water aan de lippen staat. Precies het mechanisme dat het voortbestaan van de eerder genoemde vliegenvangers waarborgt.

 

Daarom kan het geen kwaad om je kinderen af en toe even te matsen, anders kan het nog wel eens onprettig aflopen in onze huidige zorgstaat.

 

 

# Paalstand

 

Een bejaarde roerdomp vertelde mij zijn droevige verhaal

Door de jaren heen heb ik mijn kuikens altijd goed kunnen voeden

Met lekkers als sappige voorn, schele pos en vette aal

Voor honger en leed heb ik hun altijd willen behoeden

Maar toen ik hun nodig had gingen zij pardoes aan de haal

Zo’n ondankbaarheid had ik toch niet kunnen bevroeden

Ik sta nu met lege handen hongerig in het riet; voor paal

 

 Toean tjebok